• Turfsteken: Intensieve turfwinning

Anno 15e eeuw: Turfsteken

Locatie: Ons Buiten, Bergse Achterplas ter hoogte van Ringdijk 43

De Bergse Plassen

Turfsteken
  Met de techniek van de windmolens konden in de 15e eeuw de lager gelegen gronden effectief worden bemalen en werd er gestart met intensieve veenwinning. Het veen werd verwerkt tot turf, een brandstof waaraan het alsmaar uitdijende Rotterdam grote behoefte aan had. Toen de bovenste laag veen was afgestoken ging men over tot het steken van het veen onder de waterspiegel, het zogenaamde ‘slagturven’. Hierdoor ontstonden grote "petgaten" in de akkers, die snel volliepen met water.

Het slagturven en het laden van een turfschip
Het slagturven en het laden van een turfschip

Het land loopt onder water
  Het plassengebied werd alsmaar uitgebreider. De oude boerenhofsteden verloren daarmee hun landerijen en raakten in verval. Rond 1750 is vrijwel het gehele gebied tussen Rotterdam en Gouda onder water verdwenen. Het plassengebied werd een steeds grotere bedreiging voor het land en de mensen. Het onderhoud aan de kades en wegen kostte steeds meer geld dat niet kon worden opgebracht door de eigen bevolking. De kades en oevers brokkelden bij harde wind verder af, waardoor het wateroppervlak steeds verder toenam. De overheid verbood tenslotte het slagturven en hief boetes vanwege de aantasting van het landschap.

Droogmakerijen
  In 1765 namen de Ambachtsbesturen van Bleiswijk, Hillegersberg en Rotteban het besluit om de nagenoeg uitgeveende plassen droog te leggen. Zij verzochten daartoe de Staten van Holland om octrooi. De Rotte zou dienen als afvoer van het uit te malen water. In 1769 werd het octrooi verleend en in 1772 werd het werk opgedragen. Het plan voor het droogleggen van de plassen bestond uit een grote droogmakerij voor de Boterdorpse polder en aansluitende polders richting Blijswijk en een tweede plan voor de droogmakerij van Schiebroek en de polder 110-Morgen. Het droogmaken was in 1779 vrijwel gereed. De kleinere Bergse plassen vielen buiten de grote droogmakerijen. Er zijn nog wel plannen voor het droogmaken van deze plassen gemaakt, maar deze zijn niet uitgevoerd.

Armoe troef
  Nadat het eertijds zo lucratieve turfsteken tot een einde was gekomen, was grote armoede het gevolg. Naar schatting was omstreeks 1800 een derde van de bevolking armlastig. De drooggevallen veenplassen hadden ook een funeste uitwerking op de gezondheid van de mensen. In de jaren 1779-1781 stierven tweemaal zoveel mensen als normaal. De bevolking herstelde zich echter. Nadat men de ontginning van het drooggemaakte land begonnen was, ontstond er weer een boerenbestand met landbouw en veeteelt. Weer later bloeiden verschillende vormen van industriële activiteiten op en werden de behouden Bergse plassen steeds meer gewaardeerd om hun aangename verblijfskwaliteit.

contentmap_plugin